Review: Backforce V (Green Sand)
Links; Navigatie;Het Duitse Backforce is binnen TechGaming geen onbekend merk, want als redactie hechten wij waarde aan kwalitatieve bureaustoelen. Logisch ook, gezien ons werk bestaat uit het dagelijks parkeren van de derrière in een stoel. Zodoende zijn wij automatisch met het Duitse merk in aanraking gekomen, want Backforce levert hoogwaardige beestjes af. Daar wist Pim in zijn review van de eerder verschenen Backforce One uitbundig over uit te weiden - met een puike score van dien.
Het enige nadeel is dat die stoel een basisprijs bezit van € 600,-. Hoewel investeringen in de ruggengraat van uiterst belang zijn, is en blijft dat een flink bedrag. Zodoende is Backforce een missie aangegaan om een iets betaalbaarder instapmodel te ontwerpen: de Backforce V. De naam is afkomstig van de V-vormige rugleuning, met ook als resultaat een slanker (lees: goedkoper) ontwerp. Zo ligt de basisprijs van de Backforce V op een iets mildere € 400,- voor het zwarte model - niet verkeerd.
Voor dat geld krijg je alsnog de kwaliteit en afwerking van de duurdere One, al lever je wel in op zaken zoals armsteunen, lumbar-ondersteuning en meer. Is de Backforce V in de basis alsnog voldoende of ben je beter af met de One? Daar heb ik de nodige weken de genoemde derrière voor in de stoel gehad, dus het is tijd om daar uitgebreid op in te gaan.
De V is te verkrijgen via de website van Backforce, met een basisprijs van € 400,- voor het zwarte model, inclusief verzendingskosten.
Hieronder treffen we de specificaties aan;
Basaal, doch niet kaal
Om de lagere prijs van de V mogelijk te maken, is er flink gesleuteld aan het ontwerp. Middels de slankere V-vormige rugleuning en een verkleind zitvlak zijn de materiaalkosten aanzienlijk omlaag gebracht. Verder is de standaard Backforce V in bezit van de 1D-armsteunen die hooguit in de hoogte aanpasbaar zijn en niet draaibaar of kantelbaar zijn zoals bij de One. Bovendien is de lumbar-ondersteuning niet aanpasbaar, al is dat standaard alleen bij de One Plus van Backforce.
Het ontbreken van de benoemde features leidt gelukkig niet tot een kale stoel. De V komt namelijk met dezelfde stof en afwerking van zijn duurdere broers - twee van enkele goede redenen om een Backforce te overwegen. Daarnaast is het geteste gewicht op de V een stevige 130 kg, een limiet dat veelal voor hogere prijsklassen aan stoelen bestemd is. Hoewel sprake is van een slanker ontwerp mag de bouwkwaliteit er op papier alsnog zijn.
Verstelbaarheid
Zoals te verwachten komt de Backforce V met een gasveer om de hoogte te verstellen. Daarnaast is de rugleuning naar achteren te kantelen en in de basisstand (rechtop) op slot te zetten. De standaard meegeleverde 1D-armsteunen zijn dus alleen qua hoogte te verstellen, waar de 2D-steunen naar achteren weg te kantelen zijn. De 2D-steunen krijg je bij drie versies van de stoel: de Eintracht Spandau (EINS), PCGH (PC Games Hardware) en Red Blue. Die varianten zijn dan wel meerdere tientjes duurder.
Lengte, gewicht en afmetingen
Als het gaat om lengte en gewicht, dan ben je bij de V goed af. De stoel is geverifieerd tot 130 kg, een gewichtslimiet dat niet op alle stoelen rond de € 400,- te vinden is. Daarnaast kan je ook vanaf 45 kg terecht en qua lengte vanaf 1,5 meter tot 1,92 m. Dat zijn overigens dezelfde specificaties als bij de Backforce One, dus voor de V zijn geen compromissen gemaakt als het gaat om lengte en gewicht.
Hetzelfde aangaande compromissen kan dan niet gezegd worden over de afmetingen van de V. De V-vormige rugleuning is de meest opvallende verandering, ofwel verkleining. Dat mede om het prijspunt van € 400,- te bereiken. Eenzelfde kostenbesparing is toegepast op het zitvlak, want die is bij de V zowaar 8 cm minder breed dan bij de One/One Plus. Dat kan gevolgen hebben voor comfort, dus dat is een besprekingspunt bij de praktijkervaring straks.
Garantie
Laten we tussendoor niet vergeten om de garantie van Backforce even te bespreken. Deze betreft tien jaar, waar de fabrikant een overzichtelijk pdf-bestand voor heeft met uitleg. Zo kan je in het geval van nalatigheid geen aanspraak doen op de garantie, noch bij standaard gebruik ofwel slijtage. Mocht er echter iets mis zijn met de componenten, het frame, de basis enzovoort, dan kan je een garantieclaim indienen.
Logischerwijs hebben we geen directe ervaring met het claimen van garantie en de klantenservice van Backforce, al mag het duidelijk zijn dat de fabrikant overkomt als passievol en toegeweid. Daar waar we ook niet verwachten dat ze op korte termijn zullen verdwijnen, dus over tien jaar aanspraak kunnen doen op de garantie lijkt zeker een feit.
Accessoires
Op de desbetreffende pagina kan je terecht voor een overzicht van alle Backforce-accessoires. De lijst bestaat uit een schoonmaakkit met doek en reinigingsmiddel, twee optionele armsteunkussens, de upgrade naar 5D-armsteunen mét genoemde kussens, een klein nekkussen, twee gepersonaliseerde patches voor op de schouders van de stoel, een ‘brooch’ voor achterop de stoel met ledverlichting en een selectie aan verscheidene wielen.
Al die accessoires bestonden al voor de One en One Plus, waar ze dus ook compatibel zijn met de V. Daar waar de 5D-armsteunen het interessantst en belangrijkst zijn, want die zijn in allerlei richtingen naar wens te verstellen. De prijs van de 5D-steunen betreft € 59,- (inclusief kussens), waardoor de totale prijs van een zwarte Backforce V op € 459,- belandt. Dat is voor comfort en ergonomie het waard.
Omdat de Backforce V een videoreview ter bestemming had, zijn er geen foto’s gemaakt voor een geschreven showcase. Dat geeft niet, want hieronder is een opname te zien van het uitpakken en assembleren van de stoel. Daarmee valt alsnog een goede indruk op te doen van de individuele componenten, hoe de stoel geleverd wordt en tenslotte hoe de assemblage oogt.
Al met al was de assemblage een fluitje van een cent. Wel deed ik voor de demonstratie op camera even worstelen met de hoofdsteun, waar er ook weinig ruimte was om de armsteunen met de imbussleutel te bevestigen. Desondanks is dit de snelste uitpakervaring en assemblage van een stoel die ik dusver heb mogen meemaken. Dat is mede te danken aan het simpelere en slankere ontwerp.
In de praktijk kijken we bij de Backforce V naar de praktijkervaring, de ergonomie, verstelbaarheid en veel meer.
Gewicht en duurzaamheid
Laten we beginnen met twee van de belangrijkste zaken: hoeveel kilogram je op de stoel kwijt kan en wat de garantie omvat. Zoals ik al aangaf bij de specificaties is de Backforce V getest en geverifieerd tot 130 kg, net zoals de One. Grote personen zoals ik kunnen dus met een gerust hart het achterwerk in de stoel plaatsen. Daarbij is ondersteuning voor een dergelijk gewicht veelal een richtlijn, waar zorgvuldige omgang met een stoel hogere gewichten toe kan staan.
Daarbij moet ik opmerken dat het ontwerp van deze stoel de duurzaamheid ten goede komt. Bij het kantelen van de rugleuning beweegt het zitvlak namelijk niet mee. Dat zet significant minder stress op het onderstel van de stoel, terwijl je toch nog achterover kan leunen. Zo heb ik in het verleden meerdere stoelen ten einde gebracht door te lang en te vaak achterover te leunen, waardoor de gehele stoel naar achteren of zijwaarts krom trekt.
Comfort en bouwkwaliteit
Zeau, laten we dan in het daadwerkelijke gebruik van de stoel duiken. Ter verduidelijking: ik vergelijk de Backforce V primair met mijn Cooler Master Caliber X1C. Laatstgenoemde betreft een stoel van ongeveer € 500,- en staat daarmee qua prijs vrijwel tegenover de V inclusief 5D-armsteunen. Voor het geld krijg je bij Cooler Master een hoofdkussen, breder zitvlak, verstelbare lumbar-ondersteuning én koudschuim erbij. Dat lijkt geen goede start voor de Backforce V, toch?
Nou, hoewel de X1C meer features op papier heeft en ik daar comfortabel mijn krent op plaats, kan ik oprecht zeggen dat ik de voorkeur geef aan de V. Niet zozeer omdat die comfortabeler is - ik vind ze in dat opzicht vrij vergelijkbaar -, maar eerder vanwege de bouwkwaliteit en afwerking die je krijgt bij Backforce. Zo is de stof op de Cooler Master-stoel een stuk dunner en minder kwalitatief. Beter nog, de V heeft de kwalitatiefste stof die ik in een tijdje heb gezien op een stoel.
Qua vergelijkingsmateriaal praat ik dan niet alleen over de X1C van Cooler Master, maar ook uitingen van Vertagear, Noblechairs en SecretLab. Daar waar enkel de eerder gereviewde Noblechairs Hero Java Edition qua ‘stof’ in de buurt komt, al is die stoel voorzien van leren bekleding, dus daarin is de vergelijking niet 100% te maken. Het is in ieder geval een zaak dat de Backforce V een stoffen bekleding heeft die zonder twijfel langer mee zal gaan ten opzichte van gemiddelde stoelen.
Maar goed, het zijn dan ook zaken zoals afwerking en kwaliteit waar je bij de Duitse fabrikant voor betaalt. Tegenover de genoemde Caliber X1C lever je dus in op enkele features, maar qua duurzaamheid heeft de V een streepje voor. Daar waar het gebrek aan een hoofdkussen voor mij geen direct gemis is. Mocht verstelbare lumbar-ondersteuning toch belangrijk zijn voor je, dan dien je te kijken naar de One Plus voor € 700,- en dat is een aanzienlijk stuk prijziger.
Zodoende maakt de V zich echt interessant met die basisprijs van € 400,- tegenover de duurdere modellen. Gooi daar de 5D-armsteunen bij voor € 60,- en je hebt een stoel die zich prima kan meten met de One, terwijl die € 200,- duurder is. En nee, die komt niet standaard met de 5D-steunen, dus het prijsverschil is te allen tijde twee meier (als guldens nog bestonden).
5D-armsteunen
Laten we dan nog even over die 5D-armsteunen kletsen. Standaard krijg je bij de V de 1D-steunen meegeleverd die enkel in de hoogte aanpasbaar zijn. Er zijn dan enkele kleurvarianten met de 2D-steunen die naar achteren te kantelen zijn. Hoe dan ook kan ik adviseren om z.s.m. de 5D-armsteunen bij de Backforce One aan te schaffen. Daarmee krijg je betere ergonomie, evenals beter comfort voor de armen - mede vanwege de zachte stof op de 5D-steunen.
Echter begrijp ik wel waarom die voor het basismodel weg zijn gelaten, want het doel was nou eenmaal om een betaalbaardere Backforce op de markt te brengen. Daarbij vind ik de totaalprijs van € 460-500,- voor de V mét 5D-armsteunen geen verkeerde (prijs afhankelijk van kleurvariant). De kwaliteit rechtvaardigt die totaalprijs, hetzij tegenover de duurdere One of zelfs stoelen van andere merken.
Met de Backforce V zet de Duitse fabrikant een betaalbaarder instapmodel neer. Nochtans is € 400,- inclusief verzendingskosten een flink bedrag om neer te leggen. Dat is het voor deze stoel gelukkig dubbel en dwars waard, want de afwerking en bouwkwaliteit zijn - zoals te verwachten - van hoog niveau. Daarbij is de garantie van 10 jaar (vanaf het productiejaar) zeker geen verkeerde, dus duurzaamheid is hier het speerpunt.
Hoewel het V-vormige ontwerp een stuk slanker is, ben ik tevreden over het comfort. Het zitvlak is fysiek kleiner geworden, maar het schuim mag stevig zijn en zit daardoor urenlang fantastisch. Het ontbreken van een hoofdkussen en verstelbare lumbar-ondersteuning is voor mij eveneens geen gemis, al kan je voor laatstgenoemde alsnog terecht bij de duurdere One Plus, mocht dat echt gewenst zijn.
Tegenover stoelen op hetzelfde prijspunt lever je wel in qua features. Zoals besproken krijg je bij de Cooler Master Caliber X1C letterlijk meer stoel, extra kussens, verstelbaare lumbar-ondersteuning én koudschuim. Maar ja, ik garandeer dat de X1C qua bekleding en afwerking minder lang mee zal gaan dan de Backforce V. Kortom, deze stoel van Duitse maak is een kwalitatief beestje om in te investeren en zelfs met de 5D-armsteunen het geld waard. Waardig van een award!