Review: be quiet! Pure Loop 240mm
Links;In 2017 wist be quiet! een instap te maken in de wereld van all-in-one-waterkoeling (AIO). Dat dan in de vorm van de Silent Loop-serie, variërende van 120 mm tot 360 mm. Het betrof een succesvolle reeks, maar het mocht sindsdien stil blijven vanuit de Duitse fabrikant. Gelukkig is daar sinds kort verandering in gekomen, middels de onthulling van de gloednieuwe Pure Loop. Wederom betreft het een AIO in vier verschillende formaten: 120 mm, 240 mm, 280 mm en 360 mm.
Nou was de Silent Loop in bezit van een “innovative decoupled reverse-flow pump", maar dat was in de praktijk niet zichtbaar. Bij de Pure Loop komt daar verandering in, want daar zien we de pomp fysiek buiten het CPU-blok geplaatst worden. Dat dient verbeteringen op te leveren in betrekking tot duurzaamheid, stilte en prestaties. Daarnaast garandeert het dat de pomp niet op het hoogste punt in de loop komt te staan; een must bij de installatie van AIO’s.
Een laatste, doch het belangrijkste verschil met de Pure Loop-reeks is de prijs. In dit geval mikt be quiet! op het entry level-segment, waardoor het 120mm-model vanaf € 80,- te verkrijgen is. Het 360mm-model is dan weer terug te vinden voor € 115,-. Vandaag hebben we de 240mm-uiting ter sprake en die gaat door het leven met een verkoopprijs rond de € 90,-. Laten we eens kijken of be quiet! een stille, doch krachtige indruk achterlaat.
Hieronder treffen we de specificaties aan;
Betaalbaar en gefocust
Logischerwijs zijn er wat veranderingen doorgevoerd in de Pure Loop. Zo worden er nieuwe Pure Wings 2-fans met een maximale snelheid van 2000 RPM meegeleverd. Dat representeert een stijging van 400 RPM ten opzichte van de Silent Loop, doch ook wat extra geluidsproductie. Qua radiator, als je de 240mm-varianten tegenover elkaar zet, is er verder weinig veranderd. Zo is er wel een ‘vierkanter’ ontwerp zichtbaar en is de ‘kont’ verdwenen.
In betrekking tot de Pure Loop-reeks zien we een viertal uitingen voorbij komen. De versie van vandaag betreft dus de 240mm-uiting, zoals inmiddels duidelijk mag zijn. Echter raadt be quiet! specifieke formaten aan voor diverse processorreeksen. Zo is de 240mm-uiting ‘officieel’ bekeken aanbevolen voor Intel i5 en Ryzen 5-processoren. In mijn geval paar ik de koeler met een Ryzen 7 3700X, maar dat schuiven we even terzijde.
Hét verkooppunt van de Pure Loop-uitingen is die externe pomp natuurlijk. Deze zit dus niet langer verwerkt in het CPU-blok, zoals je gebruikelijk ziet bij AIO-waterkoeling. In de praktijk moet dat resulteren in een stillere werking én het voordeel dat de pomp niet op het hoogste punt in de loop kan komen. Mocht je een behuizing behoeven waar dat wél het geval is met een traditionele AIO - bijvoorbeeld onderin -, dan biedt de Pure Loop een oplossing.
Belangrijk om nog op te merken is het gebruik van een koperen blok met nikkellaag en een aluminium radiator. Dat is een combinatie waar AIO-fabrikanten mee weg kunnen komen, veelal resulterende in een lagere prijs. Dat zien we terug aan een bescheiden prijskaartje van € 90,-, doch een garantie van slechts drie jaar. Echter krijg je dan weer wel een extra flesje met koelvloeistof bijgeleverd voor een bijvulling na een jaar of twee.
Kortom, er is nog veel te bespreken, waaronder de prestaties in de praktijk, maar om dat te doen, moeten we het beestje eerst uitpakken.
Be quiet! weet me altijd te plezieren met haar rustgevend design. Het typerende trio aan kleuren is aanwezig op de doos van van de Pure Loop 240mm. Daarin treffen we een stevige, kartonnen verpakking aan waar we de onderdelen uit kunnen toveren. Van bovenaf zien we al een redelijk pakket aan onderdelen en accessoires aanwezig.
Na de initiële uitpaksessie zien we logischerwijs de koeler zelf, het eerdergenoemde extra flesje met koelvloeistof, het tweetal Pure Wings-fans en wat papieren. Oh, én een doosje met daarin de accessoires voor AMD en Intel. In beide gevallen vereist be quiet! het gebruik van de accessoires, ofwel het meegeleverde montagesysteem.
Tussendoor kijken we naar de verbeterde Pure Wings 2-fans. Qua ontwerp verschillen ze vrijwel niet van de uitingen bij de Silent Loop-reeks. Gelukkig neemt dat niet weg van het design zelf, want het uiterlijk kan ik waarderen. Zwarte fans met een bescheiden accent zijn welkom in zowat elke behuizing. Wat wel opvalt, is het gebrek aan rubbers op de hoeken tegen vibraties. Iets met het snijden in kosten, denk ik maar.
Uiteraard hebben we dan nog te maken met de accessoires voor montage op Intel én AMD-platformen. Het tubetje koelpasta hint al dat je deze zelf aan moet brengen bij installatie van de koeler. Geen euvel én je krijgt effectief bekeken dus extra koelpasta meegeleverd. Handig voor als je de koeler over wil zetten naar een nieuw systeem of onderhoud moet verrichten.
Vervolgens zien we het extra flesje aan koelvloeistof voorbij komen. Het betreft een mengsel van 100 ml aan water en propyleenglycol, kortom, geen drankje voor de gezelligheid. Met de toevoeging van extra koelpasta en vloeistof wordt duidelijk dat be quiet! zich mikt op ‘veel waar voor je geld’. Dat doet de garantie van slechts drie jaar wel een tikkeltje verzachten, alsmede de prijs die al aantrekkelijk is.
Dan komen we aan bij de sterren van de show: de radiator, het CPU-blok en de losgekoppelde pomp. Laatstgenoemde bevindt zich dus dichter bij de radiator en sluit logischerwijs aan op beide tubes. Belangrijk om op te merken, is dat er een 3-pins-kabel uit het CPU-blok komt voor de verlichting én een 3-pins-kabel uit de pomp voor de werking dáárvan. Die laatste kan invloed hebben op de plaatsingsmogelijkheden van de koeler. Houd daar dus rekening mee.
Afgezien van dat krijgen we nu een goede indruk van het algehele ontwerp. De radiator heeft geen kont meer, maar is nu voorzien van een strak, rechthoekig ontwerp. Esthetisch bekeken is het niet de interessantste koeler op de markt, maar dat kan je voor de prijs ook niet verwachten.
Tenslotte zoomen we even in op het CPU-blok en het design daarvan. Vanuit het blok zien we de gesleeved tubes langskomen en die ogen vrij fraai. Het blok zelf, net zoals de radiator, is geen uitblinker op esthetisch gebied. Bij de Pure Loop krijg je overduidelijk waar je voor betaalt: de fundamentele elementen van een all-in-one-waterkoeler en dat is het dan ook. Voor de prijs acht ik daar niets mis mee.
Om het beestje op de pijnbank te plaatsen, dienen we aan de slag te gaan met de montage. Voor de laatste foto hierboven heb ik de waarschuwingssticker verwijderd, maar dat plezier wil ik je als lezer niet misgunnen. Hieronder dus een bewegend plaatje van het verwijderingsproces.
Zoals ik al aanduidde, paar ik de Pure Loop 240mm met een Ryzen 7 3700X. In het geval van AMD én Intel dien je gebruik te maken van de meegeleverde accessoires, ofwel, be quiet! maakt gebruik van haar eigen mountingsysteem. Bij AMD wordt gebruik gemaakt van de backplate die standaard aanwezig is. Kortom, enkel de brackets dienen verwijderd te worden. Na plaatsing van de ringen en afstandshouders kan het meegeleverde tweetal aan brackets gemonteerd worden. Een simpel proces.
Opvolgend slaan we het tweetal aan Pure Wings-fans nog even op de radiator. Hier wordt logischerwijs gebruik gemaakt van de langere schroeven. Aan de linkerkant is overigens de vulpoort zichtbaar, die dus gewoonweg open te schroeven valt. Be quiet! geeft zelf aan dat het bijvullen na bijvoorbeeld twee jaar een optie kan zijn. Dat dan om de optimale prestaties te behouden over de tijd heen.
Uiteindelijk arriveren we bij de montage van het CPU-block. Een kloddertje van de meegeleverde koelpasta op de processor en het blok mag geplaatst worden. Twee schroeven later en het geheel is solide te noemen. Op het mountingsysteem heb ik niets negatiefs aan te merken. Al met al was dit één van de makkelijkste AIO-montages die ik in een lange tijd heb verricht.
Hieronder is een overzicht van de hardware waarmee de koeler getest is;
Tussendoor een belangrijke disclaimer: de resultaten van de geteste koeler(s) kunnen variëren in de praktijk. Dit is mede afhankelijk van omgevingstemperatuur, airflow, gebruikte hardware, overklokinstellingen, et cetera. Voor het testen is getracht om zoveel als mogelijk variabelen te elimineren. Zo worden alle koelers getest in dezelfde omgevingstemperatuur van ongeveer 18 graden Celsius. Daarnaast zijn de tests uitgevoerd op een testbench in de blote lucht. In een behuizing met inadequate airflow kan een koeler soms oververhitten of minder goed presteren dan verwacht. Houd hier dus rekening mee bij aanschaf van één van de geteste koelers en het gebruik in eigen computer.
Tenslotte wordt bij alle koelers gebruik gemaakt van de koelpasta die door de fabrikant meegeleverd wordt. De aanbrenging en de hoeveelheid wordt zorgvuldig bekeken om de variabelen daarin tevens te elimineren. Daarnaast worden de fans in de PWM-modus gelaten en uiteindelijk getest op de maximaal beschikbare RPM. Op welke snelheid de fans roteren, wordt in de desbetreffende alinea’s gedeeld. Voor de PWM-modus en de maximale RPM worden dan ook twee aparte tabellen gehanteerd. Hierbij kan het zijn dat een fan door de hitte reeds komt te presteren op de maximale instelling, waardoor er tussen de tabellen weinig tot geen verandering te vinden is.
Dit mag de tweede review betreffen met mijn nieuwe test bench. Daarbij wens ik aantal zaken wederom te bespreken. Het eerste punt is in betrekking tot de beperkte vergelijking met andere koelers. Vooralsnog heb ik geen uitgebreide selectie kunnen testen met de Ryzen 7 3700X. Over de tijd heen zal daar ongetwijfeld verandering in komen. Voor nu zijn de tabellen beperkt tot de best presterende luchtkoeler van voorheen - de Zalman CNPS17X -, de standaard AMD Wraith Prism-koeler, de eerder gereviewde AIO van Asus en in dit geval AIO-waterkoeling van be quiet! natuurlijk.
Daarnaast heb ik voor het Ryzen-platform een nieuwe testmethode toegepast. Deze let niet alleen op temperatuur, middels een stresstest van Prime95, maar ook op Precision Boost. Zo noteer ik de all core-kloksnelheid die automatisch behaald wordt met de desbetreffende koelers. In de overgeklokte omgeving is de snelheid logischerwijs statisch en wordt enkel gekeken naar de temperatuur. Beide resultaten zijn verwerkt in desbetreffende tabellen. In de toekomst zal de testmethode weer veranderen, maar voor de koelers in deze review is dezelfde methode gehanteerd.
Benchmarks
Voor de prijs van € 90,- kunnen de verwachtingen van de Pure Loop 240mm uiteen lopen. Nou betreft het be quiet!, dus de prestaties dienen strak tegenover een bescheiden geluidsproductie te staan. Dat is waar de Duitse fabrikant nou eenmaal om bekend staat, toch? Om dat te beoordelen, moeten we eerst kijken bij de idle-omgeving. Ofwel, het moment van ~0% processorgebruik in Taakbeheer.
Om te beginnen, zien we dus twee testomgevingen. De eerste betreft de stock-instellingen van de Ryzen 3700X, maar wel met de enhancements die Asus biedt in het BIOS van haar moederborden. De tweede omgeving betreft de overklok en die is in dit geval geslaagd op 4,2 GHz met alle kernen. Dit dan met een voltage van 1,35 volt. Straks ga ik dieper in op de overklok, dus laten we eerst kijken naar de idle-resultaten.
Als voorproefje zien we de Pure Loop 240mm tussen de TUF Gaming LC 240 RGB en de Zalman CNPS17X belanden. Een hint naar wat te verwachten valt? Dat valt bij waterkoeling nog weleens lastig te voorspellen, gezien er een specifieke balans is tussen de maximale afdracht van hitte middels het water en de koeling die de radiator verzorgt. Laten we dus gauw doorgaan naar de omgeving met de stresstest.
In mijn review van de Asus TUF Gaming LC 240 RGB wist ik het een en ander te bespreken om de Ryzen 3700X. Namelijk dat ik een all-core overklok van 4,4 GHz wilde behalen met waterkoeling. Zoals te zien aan de tabellen wist ik dat met de Pure Loop 240mm eveneens niet te behalen. Niet verrassend, gezien de koeler zo’n € 60,- goedkoper is dan de Asus-AIO. Toch ben ik over de prestaties te spreken!
Als we namelijk kijken naar de ‘stock’-omgeving in de tabellen hieronder, dan zien we de koelers nek-aan-nek gaan met elkander. In mijn ogen is dat de meest praktische omgeving, want overklokken op een Ryzen-systeem is niet echt een ding. Je levert namelijk in op je turboklok voor single-core prestaties en dat kan je al gauw voelen in games. Voor productiviteitsdoeleinden, waar je alle threads al gauw naar 100% ramt, is een all-core overklok wél gunstig natuurlijk.
Allicht springt dan de volgende vraag omhoog: waarom zou je voor gaming een AIO-waterkoeler aanschaffen? Nou, naast het feit dat kwalitatieve waterkoeling stiller kan zijn dan gebruikelijke luchtkoeling, kan een lagere temperatuur resulteren in een hogere turboklok. Daar kijken we eveneens iets later naar, wanneer we de tabel van Precision Boost erbij pakken.
In ieder geval laat de Pure Loop na een half uurtje aan Prime95 duidelijk zien waar deze in staat is. In de overklokomgeving wordt be quiet! ontstegen door Asus, maar dan praten we over een koeler die relatief bekeken véél duurder is. Voor € 90,- kán en mág ik niet klagen over een koeler die de Zalman CNPS17X overtreft, want dat betreft een luchtkoeler van € 50,- euro. Simpel gezegd heb je voor vier tientjes meer dus betere én stillere prestaties.
Om de geluidsproductie te bespreken, laten we de fans nog even op 100% draaien. Althans, dat is normaal gesproken de laatste testomgeving om een verschil te meten. Omdat ik gebruik maak van een agressieve, PWM-aangedreven curve voor de fans - met de nieuwe testmethode - deden deze al op het maximale toerental draaien. Kortom, er is geen temperatuur- of geluidsproductieverschil op te merken.
Maar goed, wat was de geluidsproductie überhaupt? In tegenstelling tot onze lieve Pim heb ik geen decibelmeter, maar gelukkig wel een paar oren. Lang verhaal kort: de fans produceren iets minder geluid dan bij de Asus-AIO. Dat wil zeggen dat het niet storend is, doch wel te horen op een meter afstand. In een realistische testomgeving - buiten Prime95 om dus - zijn de fans vrij stil. Kortom, zoals te verwachten van de fabrikant.
Zoals beloofd, zou ik nog even Precision Boost bespreken. Vanwege de superieure koeling - met name ten opzichte van de stock-koeler - zien we een hogere kloksnelheid als resultaat. Het mag slechts 0,01 GHz schelen met de Asus-uiting. In de praktijk zal dat dus niet op te merken zijn. Althans, tenzij je met een vergrootglas op Cinebench R20 zit. Daar zal je in de enkele punten ongetwijfeld een verandering ervaren.
Een verschil van 0,07 GHz op alle kernen is gelukkig wel te merken - vooral met die productiviteitsdoeleinden. Dat is dé reden om goede koeling op Ryzen te overwegen, want Precision Boost haalt daar wel terdege voordeel uit. Naast het feit dat je voordelen geniet op andere gebieden, zoals eerder aangehaald. Wat mij betreft mag duidelijk zijn dat be quiet! een kwalitatieve uiting neerzet en dat voor relatief weinig geld.
Het valt zonder enige twijfel te stellen dat be quiet! met de Pure Loop 240mm een sterke indruk achterlaat. Voor € 90,- oogt de 240mm-uiting als diefstaf. Dit niet alleen qua koelprestaties, maar ook qua QOL-features (quality of life). Zo krijg je extra koelpasta meegeleverd, een solide, doch simpel mountingsysteem en nota bene een flesje koelvloeistof. Het bescheiden addertje? Een garantie van ‘slechts’ drie jaar.
Gelukkig ondermijnt dat de duurzaamheid van de koeler niet, want de bouwkwaliteit mag er wezen. Daarnaast kan de koeler gemakkelijk langer dan drie jaar meegaan - zeker door de vloeistof na een tijdje bij te vullen. Uiteraard moet dat gepaard gaan met degelijke prestaties en op dat front stelt be quiet! niet teleur. Voor zes tientjes minder dan bijvoorbeeld de Asus-uiting krijg je ruwweg vergelijkbare prestaties.
Daarvoor lever je wel in op het gebied van RGB-verlichting en design. Is het de lelijkste koeler op de markt? Absoluut niet, maar het is ook niet de meest opvallende of oogstrelende. Maar ja, laten we even niet vergeten met welk merk we hier te maken hebben. Zodoende is de Pure Loop niet alleen praktisch, maar ook een stille jongen. Dat mag ook wel, dankzij de pomp die buiten het CPU-blok is geplaatst.
Dat levert ook voordelen op als het gaat om monteerbaarheid van de radiator. Ik acht de Pure Loop-reeks daardoor als uitermate geschikt voor behuizing met een niet-traditioneel ontwerp, zoals Varianten waarin je de radiator bijvoorbeeld onderin wil/moet monteren. In een dergelijke configuratie komt de pomp niet op het hoogste punt van de loop terecht, waardoor de werking (en stilte) van je pomp gegarandeerd blijft.
Al met al ben ik dus zeer tevreden over de Pure Loop 240mm. Voor een tientje minder kan je de 120mm-uiting aanschaffen en voor elk tientje meer de varianten van 280 mm en 360 mm respectievelijk. Gezien dat kleine prijsverschil is een sprong naar de grotere versies eigenlijk een ‘no-brainer’, maar dit hangt natuurlijk mede af van de beschikbare ruimte in je behuizing. Welke variant je ook kiest; de Pure Loop-reeks is een betaalbare, praktische en prestatiegerichte set aan AIO-waterkoelers.