Review: ID-Cooling SE-224-XT (Basic & ARGB)
Links;ID-Cooling, een Chinees merk dat op Nederlandse bodem nog geen stevige wortels heeft. Zo hebben we in 2018 nog wel een succesvolle all-in-one-waterkoeling gezien, de Zoomflow 240, maar sindsdien is het stil gebleven. Nou wil de fabrikant hier verandering in brengen en dat met een duo aan betaalbare luchtkoelers: de SE-224-XT Basic en SE-224-XT ARGB. Deze dienen met een adviesprijs te komen van € 25 en € 30 respectievelijk. Kijkende naar die prijzen, dan is drie tientjes voor een degelijke ARGB-koeler zeker niet verkeerd te noemen.
Helaas is de situatie wat minder gunstig voor ID-Cooling. Vanwege een zeker pandemie is de levering van de koelers vrijwel stopgezet. Zelfs op internationale webshops is het duo vrijwel niet meer te verkrijgen tot nader order. Erg jammer te noemen, want om alvast een spoiler of twee aan te halen: de koelers doen het goed in de tests. Met deze review, van beide koelers, zal ik dus een oordeel moeten vellen op basis van de resultaten en de aanname dat de adviesprijzen naderhand niet hoger komen te liggen. Laten we eens uitgebreid kijken.
Hieronder treffen we de specificaties aan;
Model | SE-224-XT Basic | SE-224-XT ARGB |
---|---|---|
Compatibility | Intel: LGA2066/2011/1151/ 1150/1155/1156 AMD: AM4 | Intel: LGA2066/2011/1151/ 1150/1155/1156 AMD: AM4 |
TDP | 180W | 180W |
Overall Dimension | 120×73×154mm (L×W×H) | 120×73×154mm (L×W×H) |
Heatsink Material | 4×Ф6mm Heatpipe(Direct Touch)+Aluminum Fin | 4×Ф6mm Heatpipe(Direct Touch)+Aluminum Fin |
Weight | 810g | 830g |
Fan Dimension | 120×120×25mm | 120×120×25mm |
Fan Speed | 700±200~1800±10%RPM (PWM)(RGB) | 900±200~2000±10%RPM (PWM)(RGB) |
Max. Air Flow | 76.16CFM | 56.5CFM |
Max. Static Pressure | 2.16mmH2O | 1.99mmH2O |
Noise | 15.2-32.5dB(A) | 16.2-31.5dB(A) |
Rated Voltage | 12VDC | 12VDC (4pin PWM) / 5V (3pin ARGB) |
Operating Voltage | 10.8~13.2VDC | 10.8~13.2VDC |
Started Voltage | 7VDC | 7VDC |
Rated Current | 0.2A | 0.25A |
Power Input | 2.4W | 3W |
Bearing Type | Hydraulic Bearing | 2Ball Bearing |
Verschillend design?
Als het gaat om de specificaties, dan dienen we eerst te kijken naar het verschil tussen de koelers. Of beter gezegd, de fans van de koelers. De heatsinks komen namelijk vrijwel overeen met elkander; met als enige uitzondering een zwarte coating en een cover bovenop de SE-224-XT ARGB. Waar het vooral om draait, letterlijk, is de snelheid van de fans die ID-Cooling meelevert. Waar ik persoonlijk had verwacht dat deze vrijwel identiek zouden zijn, blijkt de praktijk andere resultaten op te leveren.
Zo komt de ARGB-versie met een fan van 2000 RPM. Daartegenover staat dan weer de Basic-uiting met een fan die tot maximaal 1800 RPM werkt. Over het algemeen zou je dan verwachten dat laatstgenoemde minder lucht verplaatst dan eerstgenoemde. Echter mogen we volgens de specificaties het tegenovergestelde verwachten. De ARGB-versie verplaatst gewoonweg minder lucht in dit geval - ongeveer 20 CFM minder. Dat contrast ligt meest waarschijnlijk in twee zaken: design van de fan en het type kogellager dat gebruikt wordt.
Bij de foto’s hieronder, met de showcase, zien we een dunner, “scherper" design van de SE-244-XT Basic-fan. Dan is er de bespreking van de kogellagers in de fans. Zo beweert ID-Cooling dat de SE-224-XT Basic een hydraulische lager heeft - die is extra gesmeerd - voor de fan. Dat zou kwalitatief zéér goed moeten uitpakken, kortom, dat brengt hoge verwachtingen met zich mee. Waarom de ARGB-uiting dan een normale kogellager bezit, vind ik zelf een tikkeltje maf. Allicht heeft dit te maken met de RGB-implementatie en het design ervan.
Alvorens we het duo aan de tand voelen, nemen we eerst een kijkje bij het uitpakproces. De verpakking heeft een zwarte/oranje design meegekregen, waarop we ook het uiterlijk van de beestjes zien. Bij het openen worden we in beide gevallen begroet door een handleiding en wat inpakmateriaal. Daaronder treffen we de koelers zelf aan en krijgen we een voorproefje van het zwarte design voor de bovenste lamel van beide koelers. Een goede keuze wat mij betreft.
Vervolgens een korte blik op de broers nadat ze uit de doos zijn getild. Uiteraard komen ze niet alleen, want we hebben ook nog de accessoires voor beide koelers. Deze zijn eigenlijk identiek te noemen, óók qua montage-onderdelen, bracket en koelpasta. Oh, en de levering van twee extra fan clips, zodat je een push/pull-configuratie kan opzetten!
De enige uitzondering is de meelevering van een SATA-voedingskabel voor het aansluiten van de verlichting bij de SE-224-XT ARGB. Dat is iets wat niet veel bedrijven nog doen tegenwoordig, kortom, dikke bonuspunten voor ID-Cooling en haar praktische kijk op de koelers. Het is niets voor niets dat we hier te maken hebben met budgetkoelers, dus deze kunnen wat eerder terechtkomen op een moederbord zonder ARGB-aansluiting.
ID-Cooling SE-224-XT Basic
Als eerste nemen we een kijkje bij de “basale" versie. Net zoals het RGB-verlichte broertje is de bovenste lamel voorzien van een zwart ontwerp, zoals we eerder al zagen. Echter bezit de rest van de koeler een aluminium design. Eerlijk gedeeld, vind ik dit wel een tikkeltje jammer. Maar ja, er valt het een en ander te beargumenteren over een zwarte koeler zonder RGB-verlichting en hoe dit wel of niet zichtbaar is in het donker.
Doorgaand naar de overige designelementen, komen we uit bij het logo van ID-Cooling. Die staat stijlvol weergegeven op de bovenste lamel én de meegeleverde fan. Andere zaken die opvallen, zijn de direct zichtbare, koperen heatpipes aan de onderzijde. Een opvallend design, waarvan ik tevens hoge verwachtingen heb. Een direct contact tussen de IHS (Integrated Heat Spreader) van een processor en koelerheatpipes kan namelijk goede resultaten opleveren.
Uiteraard hebben we dan nog de fan zelf en daarvan vallen de bladen goed op. Beide koelers hebben dezelfde kromming hierin, maar de bladen van de SE-224-XT Basic zijn net wat “scherper" van ontwerp. Zoals de specificaties dus beloven, moet dat resulteren in een sterkere luchtverplaatsing.
Tenslotte een blik op de koeler met daarop dan nog de geïnstalleerde fan. Middels de meegeleverde clips was de fan binnen tien seconden gemonteerd en dat gemak is een thema dat we bij de montage eveneens zullen zien. Als eerste nog een blik op de ARGB-variant van de broers.
ID-Cooling SE-224-XT ARGB
Ook de verlichte uiting is dus voorzien van een zwart design bij de bovenste lamel. Hét verschil is dat dit middels een cover is, waardoor de SE-224-XT ARGB net wat luxer oogt. Dit komt mede door de zwarte coating die te vinden is op de gehele lamellenstapel. Mijn liefde voor zwarte koelers komt hier sterk naar boven.
Wat dan allicht te beschrijven valt als maf, is dan weer het gebrek aan een zwarte coating op het gedeelte waar de schroeven zich bevinden. Nou doet dit echt niet af aan het anderzijdse mooie design, maar het had een nét iets strakker design kunnen opleveren.
Opvolgend zien we hetzelfde “Direct Touch"-design voor de heatpipes aan de onderzijde. De eerste vraag die mij dan wel te binnen schoot, was of de zwarte coating op de heatpipes invloed zou hebben op prestaties. Nou is over het algemeen reeds bewezen dat dit tegenwoordig niet meer het geval hoort te zijn. Althans, bij een professionele toepassing ervan.
Een blik op de geassembleerde koeleer, inclusief de RGB-fan, kan natuurlijk niet uitblijven. Het mag duidelijk zijn dat deze versie nét iets meer liefde heeft ontvangen dan de Basic-uiting. Dan nog is bij beide koelers geen sprake van een uitbundig of opzichtig design. Deze koelers hebben een duidelijk doel voor ogen: werk verrichten. Daarover gesproken, tijd om ze te monteren en te onderwerpen aan een lading Haswell-hitte.
Zoals ik als hintte bij de showcase is het monteren van de Basic én ARGB een fluitje van een cent. In beide gevallen hebben we te maken met dezelfde montage-onderdelen. Tijdens het testen kon ik dus swappen van koelers zonder de bracket en dergelijke te verwijderen. Dat maakt mijn leven nou net iets makkelijker.
Tijdens het hanteren én monteren van de koelers had ik eigenlijk geen op- of aanmerkingen. Zo doen de beestjes goed in de handen aanvoelen, als in, bouwkwaliteit van de heatsink en fans mag er wezen. De kartelranden aan weerszijden waren overigens niet scherp te noemen. Want ja, dat heb ik een enkele keer mogen meemaken met de Gelid Solutions Sirocco RGB.
Hieronder een kort overzicht van de Basic-koeler na montage.
Vanwege de meelevering van die SATA-voedingskabel, bij de SE-224-XT ARGB, kan ik mijn oude testplatform toch nog oplichten. Aan die voedingskabel vinden we ook nog een bedieningspaneelje met drie knoppen. Daarmee kunnen we de modus en de snelheid van de verlichting instellen. Zelfs bij gebrek aan moederbordondersteuning, is het alsnog mogelijk om de verlichting te bedienen. Erg handig dus.
Een tweetal aan bewegende plaatjes mag in het geheel niet ontbreken. Met een aantal drukken op de knop wist ik te schakelen tussen de RGB-modus, een aantal vaste kleuren, een schone, witte instelling en een resterend aantal kleurencombinaties. Hieronder zijn de voorbeelden te bekijken.
Hieronder is een overzicht van de hardware waarmee de koeler getest is;
Tussendoor een belangrijke disclaimer: de resultaten van de geteste koeler(s) kunnen variëren in de praktijk. Dit is mede afhankelijk van omgevingstemperatuur, airflow, gebruikte hardware, overklokinstellingen, et cetera. Voor het testen is getracht om zoveel als mogelijk variabelen te elimineren. Zo worden alle koelers getest in dezelfde omgevingstemperatuur van ongeveer 18 graden Celsius. Daarnaast zijn de tests uitgevoerd op een testbench in de blote lucht. In een behuizing met inadequate airflow kan een koeler soms oververhitten of minder goed presteren dan verwacht. Houd hier dus rekening mee bij aanschaf van één van de geteste koelers en het gebruik in eigen computer.
Tenslotte wordt bij alle koelers gebruik gemaakt van de koelpasta die door de fabrikant meegeleverd wordt. De aanbrenging en de hoeveelheid wordt zorgvuldig bekeken om de variabelen daarin tevens te elimineren. Daarnaast worden de fans in de PWM-modus gelaten en uiteindelijk getest op de maximaal beschikbare RPM. Op welke snelheid de fans roteren, wordt in de desbetreffende alinea’s gedeeld. Voor de PWM-modus en de maximale RPM worden dan ook twee aparte tabellen gehanteerd. Hierbij kan het zijn dat een fan door de hitte reeds komt te presteren op de maximale instelling, waardoor er tussen de tabellen weinig tot geen verandering te vinden is.
Uiteraard kan je altijd terecht voor meer informatie of vragen omtrent de geteste koeler(s) en de methodes die daarvoor zijn toegepast. Tijd om nu te kijken naar de geworven resultaten.
Eindelijk komen we uit bij het grote evenement en dat zijn natuurlijk de temperaturen. Als eerste beginnen we met de idle-temperaturen op stock-instelling én met een overklok. Net zoals bij mijn review van de Zalman CNPS17X wil ik opmerken dat het een enige tijd geleden is sinds mijn laatste koelerreviews. Windows 10 heeft sindsdien dus een handjevol updates gezien, maar dit dient weinig invloed te hebben.
Teruggrijpend op de temperaturen, dan valt het op de SE-224-XT Basic en ARGB volledig gelijk opgaan. Ook komen ze een stuk lager uit dan de eerdere concurrenten. Mijn testmethodiek is echter niet veranderd. Zo wacht ik altijd een paar minuten alvorens ik de (laagste, gemiddelde) temperaturen meet en dat tijdens ~0% CPU-gebruik. Kunnen we onze verwachtingen alvast aanpassen op basis van wat we hier zien? Het antwoord zal je verrassen.
Nu is het tijd voor de grote test en dat middels een stresstest van Prime95 (Small FFTs). Zo hebben we als eerste de stock-omgeving (frequentie vastgezet op 3,5 GHz). Daarna de test met een overklok op 4 GHz en een voltage van 1,2 volt. De welbekende i7 4770K doet met dat voltage voldoende hitte genereren om de meeste koelers tot hun knieën te brengen.
Gelukkig, en anderzijds verbazingwekkend, zien we het duo echt keihard presteren. Zelfs de CNPS17X krijgt het warm, zowel letterlijk als figuurlijk, van hoe dichtbij ID-Cooling weet te komen. De koeler van Zalman is namelijk wel een paar tientjes duurder dan de SE-224-XT ARGB. Kortom, dat voorspelt fantastisch nieuws voor de prijs/prestatie-verhouding van het duo aan koelers.
Nou valt tijdens de eerste reeks aan stresstests wel het een en ander op. Namelijk dat de fans nog niet op volle toeren draaiden met de stock-instelling. Zo roteerde de SE-224-XT Basic op ongeveer 1650 RPM, terwijl de SE-224-XT ARGB op ruwweg 1600 RPM zat. Met die snelheden was er een duidelijke geluidsproductie, maar nog niet storend te noemen.
Daar kwam dan wel verandering in bij de overkloktest. Op dat moment draaiden de fans op het maximale toerental en daar begon een lichtelijk aanwezig, “whiny" (lees: zeurend) geluid naar voren te treden. Het belanceerde heel nauw op de rand van vervelendheid. Nou zal je met een dichte behuizing, én zeker met een headset op, geen last ervaren. Dan valt er anderzijds een flinke geluidsproductie te verwachten bij fans die tot wel 1800 of 2000 RPM kunnen roteren.
Omdat er nog ruimte was voor verbetering, als in, de fans draaiden nog niet op maximale instelling, zien we een lichtelijke temperatuurdaling in de resultaten hieronder. Tenminste, dat bij de stock-instelling natuurlijk. Daar wist ik gemiddeld één graden lager een meting te doen. Of het dan aan te raden is om de maximale RPM-instelling te gebruiken, als het dan niet echt nodig is, tja.
Rond de 1600 RPM, voor beide koelers ongeveer, is de geluidsproductie net niet zeurend te noemen. Kortom, stel een grafiek in of pas een handmatig toerental toe. Enkel wanneer het echt benodigd is - iets met een recentelijke, eerste hittegolf - raad ik de aanspreking van het maximale toerental aan.
Ook in dit geval vind ik dat de resultaten grotendeels voor zichzelf spreken. Voor nog geen drie tientjes, mits die adviesprijzen in de toekomst niet veranderen, concurreer je sterk met andere koelers. Nou valt er wel het een en ander op te merken over geluidsproductie en dat is altijd een punt bij goedkopere koelers. Althans, bij de fans die veelal meegeleverd worden. Houd je daar bij de aanschaf rekening mee, dan valt er weinig over de resultaten op te merken.
Werkpaarden; dat is de term die ik wil gebruiken voor de SE-224-XT Basic en ARGB. ID-Cooling is erin geslaagd om een succesvol duo aan koelers te lanceren. Nou ben ik wel voorzichtig geweest in die eerdere woordkeuze, want het zijn geen paradepaardjes. Een voorbeeld daarvan is de eerder besproken Zalman CNPS17X. Die presteert dan een graden of twee beter én is voorzien van een uitbundig design. Dat zowel qua RGB-verlichting als uiterlijk.
Maar ja, er valt niets te betwisten over de prijzen van de Basic en ARGB. Hoewel ze nog niet leverbaar zijn in Nederland - en dat zou nog even kunnen duren - dienen ze € 25 en € 30 euro respectievelijk te zien. Gezien die prijskaartjes, én de resultaten natuurlijk, kan ik niet anders dan lovend zijn over het duo aan koelers. Voor dat geld haal je een fantastische koeler in huis; welke van de twee je ook zou kiezen.
Zo mag de bouwkwaliteit van beide koelers er wezen, inclusief de fans die zijn meegeleverd. Nou kunnen diezelfde fans wel luid zijn; eigenlijk te beschrijven als een tikkeltje zeurend. Maar ja, dat valt nou eenmaal te verwachten op 1800 tot 2000 RPM. Dit terwijl de eerdere Zalman-koeler haar resultaten veel stiller (op 1500 RPM) oplevert. Kortom, daar zit mede het prijsverschil in. Heb je eenmaal een headset op en/of hanteer je een lager toerental, dan is de eventuele geluidslast een stuk minder. Iets om rekening mee te houden dus.
Van het duo adviseer ik uitendelijk de ARGB-versie het meeste. Die heeft een strakker design én presteert net iets beter. Zelfs als je geen ARGB-aansluiting op je moederbord hebt, valt de verlichting van die versie alsnog te gebruiken. Dit dankzij die meegeleverde SATA-voedingskabel. ID-Cooling heeft een duidelijke, praktische aanpak willen neerzetten voor de koelers. Dat is iets wat ik gewoonweg kan waarderen en daarom bekroon ik ze met een fantastische prijs/prestatie-verhouding én uitstekende keuze met een budget.