Review: Intel Core i9 11900K
Links; Navigatie;- Specificaties
- Showcase
- Testomgeving
- Resultaten - benchmarks, games & 3DMark
- Nabespreking - overklok, temperaturen & stroomverbruik
- Conclusie
Intel Rocket Lake-S is gearriveerd, met als vlaggenschip wederom een Core i9-uiting. In dit geval mag dat de Intel Core i9 11900K betreffen, maar met een gereduceerd aantal cores en threads ten opzichte van de voorganger. Waar de topper van Comet Lake 10 cores/20 threads bood, doet de Core i9 11900K ‘slechts’ 8 cores/16 threads bieden. Een noodzakelijk kwaad, zo blijkt, om het laatste uit Intel’s befaamde “14nm"-proces te persen.
Op papier lijkt de Core i9 11900K vrijwel overeenkomstig met de Core i9 10900K. Dat doet allicht de vraag opwekken: welke reden van bestaan heeft Rocket Lake? Daar is gelukkig een simpel antwoord op: PCI Express 4.0. De voorgaande 400-moederborden (H470 en Z490) en nieuwe 500-moederborden bieden - in combinatie met Rocket Lake-S-processoren - eindelijk ondersteuning voor de nieuwe PCIe-standaard. Kortom, PCIe 4.0-hardware valt nu optimaal te benutten op diverse Intel-platformen.
Of dat feit alleen voldoende is, staat in deze review mede centraal. Naast een feature-upgrade moet de Core i9 11900K ook voldoende presteren om een aanschaf én de hogere verkoopprijs te rechtvaardigen. Zo ligt de Core i9 11900K voor ongeveer 100,- euro meer in webshops dan de Core i9 10900K, terwijl laatstgenoemde op multi-threaded gebied een voordeel biedt. Weet Intel een laatste slaatje uit het 14nm-procedé te slaan? Laten we dat eens uitgebreid beantwoorden.
De Core i9 11900K is ten tijde van deze review vanaf € 599,- te verkrijgen in webshops. Op basis van dat prijspunt is mede een oordeel geveld.
Hieronder treffen we de specificaties aan;
Specifications | Core i9 11900K | Core i9 10900K |
---|---|---|
Codename | Rocket Lake | Comet Lake |
Microarchitecture | Cypress Cove (backport of Sunny Cove) | Skylake |
Process | 14 nm FinFET | 14 nm FinFET |
Socket | LGA 1200 | LGA 1200 |
Cores | 8 | 10 |
Threads | 16 | 20 |
Processor Base Frequency | 3,50 GHz | 3,70 GHz |
Max Turbo Frequency | 5,30 GHz | 5,30 GHz |
Intel Thermal Velocity Boost Frequency | 5,30 GHz | 5,30 GHz |
Intel Thermal Velocity Boost Temperature | 70 °C | 70 °C |
TJUNCTION | 100 °C | 100 °C |
Intel Smart Cache | 16 MB | 20 MB |
Bus Speed | 8 GT/s | 8 GT/s |
Intel Turbo Boost Max Technology 3.0 Frequency | 5,20 GHz | 5,20 GHz |
Intel Turbo Boost Technology 2.0 Frequency | 5,10 GHz | 5,10 GHz |
TDP | 125 W | 125 W |
Configurable TDP-down Frequency | 3,00 GHz | 3,30 GHz |
Configurable TDP-down | 95 W | 95 W |
Max Memory Size | 128 GB | 128 GB |
Memory Types | DDR4-3200 | DDR4-2933 |
Max # of Memory Channels | 2 | 2 |
Max Memory Bandwidth | 50 GB/s | 45,8 GB/s |
ECC Memory Supported | No | No |
Processor Graphics | Intel UHD Graphics 750 | Intel UHD Graphics 630 |
PCI Express Revision | 4.0 | 3.0 |
PCI Express Configurations | Up to 1×16+1×4, 2×8+1×4, 1×8+3×4 | Up to 1×16, 2×8, 1×8+2×4 |
Max # of PCI Express Lanes | 20 | 16 |
Intel 400 of 500?
Intel biedt eindelijk PCIe 4.0 op haar LGA 1200-platform(en) met de komst van Rocket Lake-S. Dat betekent hogere snelheden en meer connectiviteit, toch? Nou, ja en nee. De implementatie bij Rocket Lake-S zit enkel in de processor en het betreft 20 lanes, ofwel 16x voor één PCIe-slot en 4x voor een M.2-SSD. De snelheid voor USB-connectiviteit en dergelijke betreft nog steeds 8 GT/s (gigatransfers per second), ofwel de snelheid van PCI Express 3.0. Dat betreft overigens de situatie op de nieuwe 500-serie-moederborden. Als je zou besluiten om een 400-serie-moederbord te paren met een Rocket Lake-S-processor, dan heb je ‘slechts’ 16 lanes tot je beschikking.
Wat betekent die technische praat nou precies? Nou, niet alle 400-borden bieden ondersteuning voor PCIe 4.0-snelheden in tegelijkertijd een PCIe-slot én een M.2-slot. Dit is afhankelijk van de fabrikanten en hun desbetreffende moederborden. Oh, en het is sowieso beperkt tot H470 en Z490-moederborden, waarnaast je voor die borden óók een BIOS-update moet installeren om PCIe 4.0-snelheden in te schakelen/te benutten. Kortom, een belangrijke kwestie om rekening mee te houden bij de aanschaf van Rocket Lake-S. Als je dus, zonder enige twijfel en inherent, een PCIe 4.0-videokaart én een PCIe 4.0-SSD wil benutten, dan ben je het beste af met een 500-moederbord.
Extra connectiviteit!
Gelukkig is de relatief verwarrende situatie omtrent PCIe 4.0 geen domper. Het nieuwe Z590-platform brengt namelijk gloednieuwe features met zich mee. De korte versie betreft ondersteuning voor USB 3.2 gen 2×2 (20 Gbps) en, afhankelijk van fabrikant, USB4, Thunderbolt 4 en Wi-Fi 6E. Die features zijn overigens ook gewoon te benutten met een Comet Lake-processor. Het mag in ieder geval wel duidelijk zijn dat óók Z590 een reden van bestaan heeft.’
Als je overigens meer wil weten omtrent de nieuwe chipset, schroom dan niet om een kijkje te nemen bij onze reviews van de ASUS ROG Maximus XIII Hero en MSI MEG Z590 ACE.
Gear 1 vs. Gear 2
Mocht je bovengemiddelde kennis hebben, of de laatste tijd onderzoek hebben verricht, dan kan het zijn dat je termen zoals “Gear 1" en “Gear 2" voorbij hebt zien komen. Normaal gesproken zijn dat zaken die thuishoren in een moederbordreview, maar in dit geval vereist het een bespreking. Met Rocket Lake-S is de officieel ondersteunde geheugensnelheid namelijk getild naar DDR4-3200 MHz. Alles boven die snelheid wordt officieel gezien als een processoroverklok, naast een geheugenoverklok met de inschakeling van XMP-profielen.
Maar goed, wat betekenen die Gear 1 en Gear 2 voor een processor zoals de Intel Core i9 11900K? Nou, het betreft een tweetal instellingen voor de snelheid van de geheugencontroller in samenhang met de snelheid van het geheugen. Zo betreft Gear 1 een 1:1-werking en Gear 2 een 1:2-werking. Nou werkt de Core i9 11900K standaard in de Gear 1-modus, zoals zichtbaar op de officiële dia’s die Intel heeft gedeeld met de officiële onthulling van Rocket Lake-S.
In de praktijk betekent Gear 1 (1:1) het volgende: het geheugen en de controller werken op dezelfde snelheid. Bij 3200MHz-geheugen betekent dat een snelheid van 1600 MHz voor beiden, want DDR staat nou eenmaal voor Double Data Rate. Kortom, de werkelijke snelheid van het genoemde geheugen betreft dus de helft. Bij inschakeling van Gear 2 (1:2) werkt de integrated memory controller, ofwel IMC op halve snelheid. Met 3200MHz-geheugen zou dat resulteren in een IMC-snelheid van 800 MHz in plaats van 1600 MHz.
De Gear-modi zijn een nieuwe feature op 500-moederborden en voor de enthousiastelingen onder ons belangrijk. Een 1:1-werking levert namelijk het beste resultaat op - net zoals bij AMD’s Infinity Fabric - en dat bespreken we mede in het hoofdstuk omtrent de resultaten. Nou werkt de Intel Core i9 11900K met 3200MHz-geheugen standaard in Gear 1. Mocht je echter een Intel Core i7 11700K overwegen, dan moet je rekening houden met een standaardinstelling van Gear 2 voor die processor.
Refresh van de refresh?
Al met al, terugkijkend naar de specificatietabel hierboven, oogt het verschil tussen de 10900K en 11900K vrij klein. Naast de besproken geheugen- en PCIe 4.0-ondersteuning zijn er weinig veranderingen te spotten. Althans, met één overduidelijke uitzondering: het aantal cores en threads. Waarom heeft Intel een stap teruggedaan op dit gebied? Naast het feit dat dit als een downgrade oogt, staat het niet plezant tegenover AMD. De uiting van het rode kamp die - momenteel qua prijs - tegenover de Core i9 11900K staat, is de Ryzen 9 5900X met 12 cores en 24 threads. Kortom, voor multi-threaded doeleinden een ogenschijnlijk betere keuze.
Dat is dan ook de crux van Rocket Lake-S. In eerste instantie zou de reeks in 2020 arriveren, om direct te concurreren met Ryzen 5000. Kortom, de processors zelf zijn vertraagd en de PCIe 4.0-ondersteuning komt bijna twee jaar beschikbaar ná AMD. Zijn Rocket Lake-S en de Core i9 11900K, om een Engels gezegde aan te kaarten: “too late, too little"? Daarover gaan we in detail bij de resultaten, maar voor gaming poogt de Core i9 11900K de befaamde ‘kroon’ terug te stelen van AMD.
Maar goed, om de initiële vraag toch nog te beantwoorden: Intel heeft een stap qua cores/threads teruggedaan, omdat Rocket Lake-S de zogeheten Cypress Cove-kernen gebruikt. Dat zijn herwerkte Sunny Cove-kernen, die van oorsprong bestemd zijn voor een 10nm-proces. De kernen zijn ‘gebackport’, ofwel herwerkt voor het 14nm-procedé van Rocket Lake-S. Kortom, dat vereist extra ruimte en in dit geval een verlies van twee kernen en effectief vier threads. Of Cypress Cove het verschil op multi-threaded-gebied goed kan maken, tegenover de Core i9 10900K, is tevens een vraag om te beantwoorden.
Laten we tussendoor eerst kijken naar het uitpakproces. De Core i9 11900K arriveerde in een persverpakking, dus de begroeting is wat uitgebreider dan bij de retailverpakking. Aan de binnenkant zien we de herinnering dat het product ontworpen is om te gamen. Altijd fijn om het geheugen opgefrist te krijgen. Sarcasme terzijde, de eerste indruk is geen slechte, want het nieuwe design van Intel is op alle fronten zichtbaar.
Vervolgens komen we uit bij een transparant blokje met daarin het nieuwe logo van de blauwe titaan. Op het doosje van de Core i9 11900K zien we tevens het nieuwe ontwerp in actie.
Dán is het tijd voor het nieuwe vlaggenschip zelf. Het uiterlijk daarvan is vrijwel overeenkomstig met de voorganger. Niet geheel verrassend, gezien hetzelfde procedé en dezelfde socket worden gehanteerd. Laten we het achtkoppige beest maar eens in een moederbord plaatsen en bekijken wat Intel het afgelopen jaar heeft bekokstoofd.
Voor de benchmarks zijn een paar richtlijnen opgesteld. Alvorens we daarin duiken, is het van belang om de testomgeving te delen. Zowel de Core i9 10900K als Core i9 11900K zijn voor deze review met dezelfde setup, koeling en instellingen getest. Om de beesten te temmen, is gebruikgemaakt van een Noctua NH-D15. Als testplatform is een ASUS ROG Maximus XIII Hero gehanteerd, met daarop 16 GB aan 3200MHz-geheugen en een RTX 3070. De volledige setup is hieronder zichtbaar. Bij de benchmarks zelf staan instellingen genoteerd.
Teruggrijpend op de richtlijnen: eventuele verbeteringen vanuit ASUS zijn voor opvolgende benchmarks uitgeschakeld. Dat wil zeggen dat de 10900K én 11900K zich hebben gedragen conform de richtlijn van Intel zelf. Dit is om onnodige variabelen te voorkomen en een eerlijke vergelijking te maken, onafhankelijk van moederbord en/of fabrikant. Om dat te valideren, is een meting van de processorfrequentie gedaan gedurende een Blender-test. Dit was succesvol, want de all-core turbofrequentie van beide processoren viel na een korte tijd altijd omlaag, om de vermogens-, ofwel TDP-richtlijnen van Intel te volgen.
Daarnaast is, zoals besproken bij de specificaties, de Gear 1-modus gehanteerd. Bij het plaatsen van een Rocket Lake-S-processor in het moederbord komt de optie tevoorschijn om te kiezen tussen Auto, Gear 1 en Gear 2. Hoe de functie heet en waar deze verstopt is, doet per fabrikant verschillen. Bij het hanteren van ‘Auto’ wordt de door Intel-aangeduidde instelling gehanteerd. Voor de 11900K in combinatie met 3200MHz-geheugen betreft het dus Gear 1. Dat is in de benchmarks toegepast, om de accuraatste stock-resultaten op te leveren. In de nabespreking gaan we dieper, doch kortbondig in op overklokken, Turbo boost en temperaturen.
Voor het alledaagse gebruik zijn diverse huis-tuin-en-keuken-benchmarks gehanteerd om een realistisch gebruik te simuleren. Als eerste is 7-Zip met de ingebouwde benchmark aan bod. Dit is een test die een mooie multi-core-score teweegbrengt. Het is zeker niet de accuraatste test op de markt, maar een indicatie mag de benchmark wel alvast geven.
Benchmarks, rendering en compiling
Zodoende zien we in 7-Zip het gevolg van het gereduceerde aantal kernen en threads op de 11900K: een prestatieverlies van 1,4%. Toch valt de score van de 11900K, als je deze relatief bekijkt, niet te onderschatten. Gezien het verlies van effectief vier threads zou de initiële verwachting een groter verlies zijn.
De opvolgende test is ideaal voor een realistisch, alledaags resultaat: Blender. De vertrouwde classroom en BMW-renders komen hier aan bod en brengen interessante resultaten teweeg. Voor het bezitten van minder kernen/threads weet de 11900K relatief bekeken nog aardig in de buurt te komen van de 10900K.
De derde benchmark betreft niets minder dan een klassieker: Cinebench. In dit geval mag het Release 23, ofwel R23 zijn. Daarin zien we een eerste glimps van de single-core-prestaties die de 11900K dient te bieden. Ten opzichte van de 10900K mag de 11900K in de single-core-test 24% sneller zijn - niet verkeerd hoor.
Kijken we dan naar de multi-core-prestaties, tja, dan legt het Rocket Lake-S-vlaggenschip het wederom af. Echter zien we, net zoals bij 7-Zip, dat het effectieve verlies - in dit geval 2,5% - niet al te gek is. Petje af voor de Cypress Cove-kernen en de IPC-verbetering (instructies per cyclus).
Tussendoor arriveren we bij een bescheidenere test, die focust op single-core: Kraken Javascript. Hier is op wederom een duidelijke verbetering zichtbaar en dat dankzij de significant hogere Thermal Velocity Boost. Tijdens deze test tikte de Core i9 11900K met gemak de 5,3 GHz aan, zoals bedoeld.
We sluiten de eerste ronde met benchmarks af met PugetBench for Photoshop. Hier zijn allicht de interessantste resultaten te vinden, want de 11900K weet de 10900K hier overduidelijk te overtreffen met een scoreverbetering van 12%. Hier speelden de Turbo Boost en Thermal Velocity Boost wederom een rol voor het verkrijgen van een hogere score.
Hoewel Adobe Photoshop overduidelijk smult van threads, mag het duidelijk zijn dat bij lange na niet alle threads te allen tijde worden benut. Het voordeel op papier van de 10900K doet hier er dus niet toe. Dat hint naar de gebieden waarop de 11900K het voormalige vlaggenschip mede kan ontstijgen. Laten we dan nu doorstromen naar gaming.
Games en 3DMark
Als laatste, doch zeker het belangrijkste, zijn de resultaten in games. Om het verschil tussen de 10900K en 11900K accuraat te demonstreren, zijn alle games getest op 1080p en is het gemiddelde resultaat genoteerd van meerdere runs. Op de genoemde resolutie is het systeem eerder CPU-gebonden en worden prestatieverschillen tussen de processoren makkelijker zichtbaar. Zoals aangegeven, wordt het systeem aangedreven door een RTX 3070. Deze kaart voldoet uitstekend voor de testdoeleinden in deze review.
In betrekking tot gaming is er een aantal belangrijke scenario’s. Zodoende hanteren we Counter-Strike: Global Offensive met de FPS Benchmark om de CPU-kracht écht te meten. Een competitieve game zoals dat, met uitzonderlijke hoge framerates, benadrukt prestatieverschillen het allerbeste. Binnen diezelfde klasse heb je het ook over games zoals Dota 2, Fortnite en League of Legends. Biedt de Core i9 11900K een duidelijke verbetering voor dat doeleinde?
Om dat te beoordelen, komt CS:GO dus als eerste aan bod. Daar zien we de Rocket Lake-S-spierballen gelukkig al tevoorschijn komen. Een winst van gemiddeld 20 fps, ofwel 4% is simpelweg een verbetering te noemen.
Opvolgend is een game die ver-schrik-ke-lijk GPU-gebonden is: Crysis Remastered. Ten opzichte van een CS:GO staat de klassieker aan de andere kant van het hardwarespectrum. Aan de resultaten wordt dat direct zichtbaar, want met beide processoren weet de RTX 3070 dezelfde gemiddelde framerate van 30 fps te behalen.
Dat is dan overigens met raytracing op de laagste instelling en het visuele genot op ‘Can it run Crysis?’. In dit geval had een krachtigere videokaart, zoals de RTX 3080 of RTX 3090, wellicht een verschil kunnen maken, maar ja, iets met beschikbaarheid natuurlijk.
De derde titel om mee testen, is F1 2020. Deze racegame zit inherent aan een hogere framerate, waardoor verschillen tussen processoren makkelijker te zien zijn. Ironisch genoeg is het dan deze titel waar de gemiddelde framerate hetzelfde blijkt met beide CPU’s. Gelukkig rapporteert F1 2020 óók minima en maxima, dus zijn daar eventuele veranderingen te spotten? Kijkende naar de tabel, dan zijn de verschillen niet noemenswaardig te noemen.
1440p en 4K-gaming
Naast een 1080p-vergelijking is het belangrijk om de processoren tevens te meten op 1440p en 4K. Op hogere resoluties wordt het systeem eerder GPU-gebonden en kan het zijn dat verschillen tussen processoren verdwijnen. In dergelijke scenario’s wordt de grote vraag beantwoord: is de 11900K, ten opzichte van een 10900K, het oppikken waard voor betere GPU-prestaties op hogere resoluties?
Om dat te beantwoorden, zijn Shadow of the Tomb Raider en Total War: Three Kingdoms mede getest op die hogere resoluties. Op basis van die resultaten is het verschil tussen de 10900K en 11900K vrijwel niet te zien. Laten we dan ook even realistisch zijn: is de 11900K een processor bestemd voor 1080p-gaming? Een dergelijk vlaggenschip zie je eerder thuis voor minstens 1440p-gaming. Op die resolutie worden verschillen tussen CPU’s kleiner, omdat je eerder GPU-gebonden raakt. Als je dus op hogere resoluties speelt, dan weet de 11900K geen signifant verschil te maken.
Tenslotte zijn er synthetische benchmarks gedraaid middels 3DMark. Om precies te zijn de Time Spy Extreme, Port Royal en Firestrike Ultra-testen. Die worden standaard gedraaid op 4K, wat bijdraagt aan de vergelijking op wat momenteel de gangbare topresolutie is, ofwel 4K.
Port Royal is de nieuwe raytracingtest van 3DMark en weet op 4K het gehele testsysteem bij de ballen beet te pakken. Hier scoort de 11900K iets hoger, om precies te zijn 2%. Het is wederom een verschil, maar of het noemenswaardig is, tja, daar valt over te debatteren. Wel rolt er uit Port Royal een interessante Turbo Boost-grafiek, die bij de nabespreking aan bod komt.
Niet verrassend weet de 10900K in Fire Strike Ultra op één gebied hoger te scoren: de physics-test. Overall weet de 11900K een verschil te maken én is de Graphics score zels een tikkeltje verbeterd. Deze test weet het beste van beide CPU-werelden, ofwel single-core en multi-core te benutten. Afhankelijk van de multi-threaded-werklading pakt één van de twee toppers de hoogste score, zoals het hoort.
Oké, dan is het nu tijd voor de nabespreking van de resultaten. Conform de verwachtingen is één zaak verduidelijkt: multi-threaded-prestaties zijn verslechterd. Laten we aan aantal zaken op een rijtje zetten.
Thermal Velocity/Turbo Boost
In betrekking tot het Turbo boost-gedrag zijn duidelijke verschillen te zien tussen de 10900K en 11900K. Beide processoren zijn met dezelfde BIOS-instellingen getest, ofwel conform de Intel-richtlijnen. Het Rocket Lake-S-vlaggenschip stond logischerwijs ingesteld op Gear 1, zoals besproken.
Het eerste stukje gedrag werd duidelijk tijdens de Classroom-render in Blender, waar we iets verder in dit hoofdstuk dieper op ingaan. Om het hier kort aan te halen: de 10900K klom met de stock-instelling op alle threads naar 4,8 GHz en de 11900K naar 4,7 GHz. Daarna, conform de Intel-richtlijn, kwamen beide beestjes terug naar beneden in frequentie. Inherent lijkt de 10900K dus sneller te zijn in multi-threaded-omgevingen.
In PugetBench, waar de thread-lading minder zwaar is, tikte de 11900K dan gemakkelijk de 5,3 GHz aan, terwijl de 10900K hooguit richting de 4,9 tot 5 GHz klom. In dat scenario, alsmede in games op 1080p, presteert de 11900K dus beter. Is het echter voldoende om een doelgroep, welke doelgroep dan ook, te overtuigen van een aankoop, ofwel upgrade? Als je multi-threaded-prestaties behoeft, losstaande van andere zaken, dan ben je nog steeds beter af met het Comet Lake-vlaggenschip. Maar oké, met die reeks geef je dan wel ondersteuning voor PCIe 4.0 op, dus dat weegt ook weer mee.
Al met al creëert Intel dan een lastige en verwarrende situatie voor de consument. De 10e generatie biedt géén PCIe 4.0, terwijl de elfde dit wél doet. Maar om PCIe 4.0 optimaal en inherent te benutten, moet je terecht bij de Intel 500-chipsets i.p.v. de 400-reeks. Dan hebben we het ook nog over verschillen in Turbo Boost en Thermal Velocity Boost tussen de 11900K en lagere SKU’s. Oh, en tot slot zijn er nog de non-K, K, KF en T-versies van diverse SKU’s. Als consument zijnde wordt het je lastig gemaakt om de correcte keuze te maken. Het is iets dat Intal al vaker doet, maar bij Rocket Lake-S heeft de blauwe titaan een toppunt bereikt. Laten we hopen dat Alder Lake-S minder verwarrend zal zijn.
Overklok, temperaturen en stroomverbruik
Het is allicht opgevallen dat overklokresultaten in het vorige hoofdstuk zijn uitgebleven. Dit omdat de CPU niet voorbij de 5 GHz stabiel te krijgen was met een all-core-overklok. Helaas mochten we dus geen ‘golden sample’ verkrijgen. Anderzijds oogt een all-core overklok minder interessant bij Rocket Lake-S. Zelfs op 5 GHz verminder je je single-core-prestaties, omdat Thermal Velocity Boost de 11900K met de stock-instelling op één kern naar 5,3 GHz duwt. Dat is voor algemeen computerwerk én gaming interessanter. Maar oké, waar je ongetwijfeld wél gebruik van zal maken, is multi-core enhancement. Die techniek bespreken we dus in dit hoofdstuk apart.
Inmiddels zit multi-core enhancement bij vrijwel alle fabrikanten ingebakken en in dit geval betreft het ASUS’ Multicore Enhancement. Dat wil zeggen dat de 11900K niet langer de richtlijn van Intel hanteert, maar altijd Turbo Boost naar de hoogste frequentie op alle kernen. Dat levert betere prestaties op, maar ook hogere temperaturen. Laten we de 10900K en 11900K eens onder de loep nemen op dat gebied. In dit geval dus met de stock-instelling én de multi-core-boost.
Als eerste een ‘sanity check’: het frequentieverloop. Daarmee valideren we allereerst de werking van de processoren conform de eerder besproken richtlijn van Intel. Hieronder in de grafiek is de 10900K weergegeven in lichtblauw en donkerblauw (stock-instelling conform Intel en ASUS Multicore Enhancement) en de 11900K in lichtgroen en donkergroen (eveens stock en enhanced). Beide processoren dalen op stock naar 4,2 GHz en hanteren die snelheid vrij consistent aan gedurende de render in Blender.
Met de enhancement aan wordt een interessante ontwikkeling zichtbaar in onderstaande grafiek. De 10900K boost hier aldoor naar 4900 MHz, terwijl de 11900K naar 4800 MHz boost gedurende de render. In omgevingen waarin alle threads worden benut, heeft de 10900K dus een kernen- én snelheidsvoordeel. Zoals we al zagen bij Port Royal mag het tegenovergestelde waar zijn voor single-core-prestaties. De processoren bezitten daardoor een duidelijke segmentering. De nieuwe Thermal Velocity Boost maakt de 11900K in die zin geschikter voor gaming.
Aan de andere kant van dat spectrum bevindt zich dus de enhanced 10900K, die de Classroom-render in 6 minuten en 23 seconden verslindt. Daartegenover staat de enhanced 11900K met een tijd van 6 minuten en 58 seconden. Kortom, een verschil van 35 seconden, terwijl het verschil bij de stock-configuratie 30 seconden was. De extra threads én snelheid van de 10900K resulteren dus in een winst van 5 seconden. Het vlaggenschip van Comet Lake blijft dus de multi-threaded-koning - met name als deze mag blijven boosten.
Maar goed, snelheden terzijde, hoe warm wordt de 11900K nou eigenlijk? De beste omgeving om dat te testen, is eveneens Blender. Omdat de CPU de Thermal Design Power (TDP) van Intel moet volgen, zien we op de stock-instelling saaie temperaturen. Met de enhancement aan gaat de Noctua NH-D15 pas écht zweten en zien we temperaturen voorbij de 80 graden Celsius. Zo steeg de heetste processor regelmatig 82 graden aan.
Een eerste verwachting is dan vaak: “Ha, de nieuwe uiting zal wel weer de hetere zijn!". Maar nee, de 11900K gedraagt zich verrassend goed en dat is waarschijnlijk te danken aan de Cypress Cove-kernen. Toegegeven, er zijn nu twee kernen, ofwel vier threads minder aanwezig dan bij de 10900K. Wie had gedacht dat het bezitten van minder kernen resulteert in een lagere temperatuur? Nou, iedereen dus.
Grappen terzijde, het zou wel ruimte, ofwel potentie moeten bieden voor een heftige overklok. Althans, als je een goede sample hebt. Dat bleek bij ons helaas niet het geval te zijn, maar vroege berichten duiden aan dat de 11900K anderzijds een monsterlijke overklokker kan zijn. Lagere temperaturen maken dat zeker mogelijk en zien we in de grafiek dus terug.
Tenslotte resteert het stroomverbruik tijdens een Blender-sessie. Ondanks dat beide processoren de TDP-richtlijn van 125 watt volgen, met de stock-instelling, wordt de 11900K dus minder heet. Opvallend is de 11900K direct het plafond aantikt van ongeveer 217 watt, terwijl de 10900K na een halve minuut verder klimt. Teruggrijpend op de frequentiegrafiek zien we dat de 10900K na die tijd van 4,8 naar 4,9 GHz stijgt en dat brengt bij die uiting een extra stroomverbruik van meer dan 25 watt met zich mee.
Al met al, kijkende naar alle grafieken tezamen, worden verschillende zaken duidelijk. De 10900K boost met enhancements 100 MHz hoger in een multi-threaded-programma zoals Blender, maar dat brengt een significant hoger stroomverbruik en een temperatuurstijging met zich mee. De 11900K blijft met enhancements 100 MHz lager en is daardoor gemiddeld 10 graden Celsius koeler tijdens dezelfde render.
Heeft Intel hier een bewust besluit genomen om Rocket Lake-S minder heethoofdig te maken dan Comet Lake? Op single-core-gebied vliegt de 11900K juist voorbij de 10900K en dat is wel waar Rocket Lake-S voor bestemd is: om de beste gamingprestaties te bieden. Tot hoeverre dat gelukt is, tja, laten we dat maar bewaren voor de conclusie hieronder.
Intel, oh Intel. Het is niet onbekend dat je al enige tijd worstelt met je processorreeksen en de lanceringen daarvan. Rocket Lake-S betreft de laatste adem van het “14nm"-proces en we vrezen toch echt dat er een Fisherman’s Friend benodigd is. Is de Intel Core i9 11900K één van de snelste CPU’s en voor sommige doeleinden dé snelste? Ja, dat valt zeker te beargumenteren én af te lezen uit de resultaten. Komt dat met een prijs? Ja, op meerdere fronten. Niet alleen tikt de 11900K - ten tijde van deze review - de 600,- euro aan, maar ook het Z590-platform, waar je Rocket Lake-S optimaal mee benut, zit inherent flink aan de prijs.
Nou valt het niet te ontkennen dat Z590-moederborden verschrikkelijk veel connectiviteit en moderne features te bieden hebben. Dat weegt zeker wel mee in het oordeel, maar er blijft een vervelende vraag achter: voor wie is de Core i9 11900K nou bestemd? Voor eigenaren van Comet Lake zeker niet. Voor gaming achten we het prestatieverschil te klein om een upgrade interessant te maken en op multi-threaded-gebied wint de 10900K het inherent. Daarnaast is er de olifant in de kamer: de Ryzen 9 5900X van AMD. Die zweeft - eveneens ten tijde van deze review - rond hetzelfde prijspunt als de Core i9 11900K.
Kortom, AMD biedt voor ruwweg dezelfde prijs vier kernen, ofwel acht threads meer. Er is geen rekenkundig genie benodigd om uit te vogelen dat AMD het dus wint op multi-threaded-gebied. Dat plaatst de 11900K in een ‘awkward’ positie. Zoek je een betaalbaardere instap voor gaming én wil je het nieuwe 500-platform van Intel benutten? Dan zijn de Core i5 11600K en Core i7 11700K prijs/prestatiegewijs véél betere keuzes. Niet te vergeten, de officiële adviesprijs van de Core i9 11900K is 538 dollar, terwijl de Core i7 11700K 399 dollar kost. Je betaalt 35% meer voor dezelfde hoeveelheid kernen/threads en in theorie een paar 100 MHz extra. Dat verschil valt allicht goed te maken met een handmatige overklok op de 11700K.
Dus, de Core i9 11900K is op lagere resoluties iets sneller dan zijn voorganger, de 10900K. Op multi-threaded-gebied kán de 11900K sneller zijn, als er niet al teveel threads worden benut. Tenslotte zijn de temperaturen van de 11900K in de stock-werking beter dan de 10900K. Dat zal ongetwijfeld te maken hebben met de ‘backported’ Sunny Cove-kernen. Zijn die zaken voldoende om het bestaan en de prijs van de 11900K te rechtvaardigen? Heel eerlijk en volmondig gezegd: nee. De noodzakelijkheid van het moeten terugbrengen van het aantal kernen/threads is hier gewoonweg de doodsdoener.
Gelukkig neemt dat geen waarde weg van het Intel 500-platform en de nieuwe features die de moederborden daarin bieden. Nogmaals, er zijn redenen van bestaan voor het platform en Rocket Lake-S, zoals de connectiviteit en PCI Express 4.0. Kunnen we de Core i9 11900K met een ‘straight face’ aanbevelen op dit moment? Onder normale omstandigheden niet. In Intel-geoptimaliseerde games is Intel weer ‘koning’ te noemen, want de 11900K is zeker wel iets sneller. Als je dus geen moer om je geld geeft en allround de ‘snelste’ gamingprocessor zoekt, tja, leef je dan gerust uit. Zoek je iets aan de betaalbaardere kant, zowel qua processor als platform, en/of zijn multi-threaded-prestaties (mede) van belang? Dan is AMD wat mij betreft nog steeds koning.
We zien Intel later dit jaar graag terug met Alder Lake-S, om te zien wat de gloednieuwe big.Little-architectuur gaat bieden. Tot die tijd adviseren we voor Rocket Lake-S een noodlanding.