Review: SteelSeries Rival 5

Review: SteelSeries Rival 5

• Productpagina

• Specificaties
• Showcase
• Software
• In de praktijk
• Conclusie

Eind 2020 mocht ik aan de slag met een tweetal muizen van SteelSeries: de Aerox 3 en Rival 3 Wireless. Eerstgenoemde heeft tot recentelijk op het bureau gelegen en de Rival 3 staat onder de gloednieuwe uiting van vandaag: de SteelSeries Rival 5. De fabrikant introduceert dus een opvolger, maar deze bedrade muis mag duidelijk als een hybride ogen van de Rival 3 en Rival 600. Het gewicht leunt naar de eerstgenoemde, maar het uiterlijk schreeuwt de laatstgenoemde.

Naast dat biedt SteelSeries op de Rival 5 een negental programmeerbare knoppen, waarmee het beestje zich geschikt wil maken voor een groot aantal genres. Kortom, de muis lijkt een ‘jack of all trades’-karakteristiek te hanteren, maar dat kan ook resulteren in ‘master of none’. Kortom, er is een duidelijk uitgangspunt om de Rival 5 op te beoordelen en met een puike adviesprijs van € 69,99 liggen de verwachtingen hoog. Laten we een blik werpen!

Hieronder treffen we de specificaties aan;

Een gulden middenweg?

Zoals gebruikelijk zijn eerst de specificaties aan bod. De Rival 5 komt, net zoals de Rival 3 Wireless en Aerox 3 Wireless, met de zogeheten TrueMove Air-sensor. Die is gebaseerd op een PixArt-sensor en aangepast door SteelSeries naar eigen smaak. De ervaring met die sensor is er dus, want in mijn review van de Rival 3 Wireless ging ik daar dieper op in. Beter nog, in die review wist ik aan te kaarten dat de TrueMove Air minder precies aanvoelt dan de tegenovergestelde TrueMove Core. Laatstgenoemde is de sensor die SteelSeries hanteert voor de bedrade uitingen van haar muizen, dus die had ik tevens verwacht voor de Rival 5. Dat mag dus niet het geval zijn.

Maar goed, hoe de TrueMove Air in de Rival 5 weet te presteren, bespreken we bij de praktijkervaring. Voor nu kunnen we nog wat zaken aankaarten, zoals het DPI-niveau, dat instelbaar is tot 18.000 DPI. Daarnaast is er een lading RGB-verlichting aangebracht en zijn er negen programmeerbare knoppen. Wellicht tel je er acht, maar dat komt doordat de brede zijknop, boven de twee kleinere zijknoppen, naar boven én onderen ingesteld kan worden als aparte inputs. Dat resulteert dus in het genoemde negental. Verder hanteert SteelSeries de Golden Micro IP54-switches voor onder de muisknoppen. Deze zijn bij de Rival 5 van 60 miljoen naar 80 miljoen klikken getild.

Als laatste, doch zeker belangrijkste, is het gewicht. Deze komt neer, zonder kabel, op 85 gram. Dat is 8 gram meer dan de Rival 3 en 28 gram meer dan de Aerox 3. Kortom, de Rival 5 komt niet langer in de buurt van de categorie lichtgewicht. Echter mag het gewicht best degelijk zijn, want de muis is 9 gram lichter dan de Rival 600. Die laatstgenoemde komt effectief met minder knoppen, doch het ‘TrueMove3+ Dual Sensor System’ van SteelSeries, ofwel twee sensoren. De Rival 5 plaatst zich qua prijs en specificaties dus tussen de Rival 3 en Rival 600 in. Het nieuwe beestje is breder qua ontwerp dan de Rival 3, wat voor de palmgrip aantrekkelijk is. Met als bonussen de programmeerbare knoppen en het gewicht.

Uiteraard is er esthetisch gezien nog veel meer te bespreken, dus laten we vooral doorgaan naar de showcase.

Het bekende doosje van SteelSeries begroet ons met een oranje tint. Daarop zien we de karakteristiek van de Rival 5 op weergegeven: “Precision Multi-Genre Gaming Mouse". Op de achterzijde zien we wat basale informatie, zoals de aanwezigheid van de TrueMove Air-sensor, het negental aan programmeerbare knoppen en het gewicht van 85 gram.

Opvolgend mogen we het plastic zegel breken en de onderzijde van het doosje langzaam naar beneden laten zakken. Zodoende worden we als eerste begroet door de muis en daarop het SteelSeries-logo. De eerste indruk, mocht je de Rival 600/650 in handen hebben gehad, oogt als een bekende. Het uiterlijk heeft zeer zeker wat weg van dat tweetal.

Tenslotte treffen we onder de muishouder nog een pamflet aan met informatie omtrent de Rival 5.

Dán mogen we de Rival 5 uit zijn verpakking tillen en zien we de niet-afneembare USB-kabel. Geen euvel natuurlijk, maar wel iets om te benoemen. Kijkende naar het design van de muisknoppen, dan valt het helemaal op dat het design van Rival 3 niet langer aanwezig is en dat we eerder kijken naar Rival 600-achtige muis, althans, qua uiterlijk dan.

Vanaf de zijkant bekeken, begint een nostalgische liefde op te wekken. Die grote, zilveren zijknop doet me toch echt denken aan de CM Storm Reaper en als je dat voor elkaar krijgt, verdien je in mijn hart automatisch een plekje. Uiteraard tracht ik nog altijd een objectief oordeel te vellen, maar esthetisch gezien wekt het direct een liefde op voor de Rival 5.

Dan gaan we door naar het vooraanzicht, de onderzijde en kijken we rondom. De eerste, algehele indruk is een positieve. Qua voetjes krijg je bij de Rival 5 veel meer grip dan bij de Aerox 3 en ietsjes meer dan bij de Rival 3. Verder mag het ontbreken aan de rubberen zijgrippen van de Rival 600 en dat kan een voordeel zijn, want die hadden de neiging om los te komen over de tijd heen.

De invloeden vanuit diverse, voorgaande muizen is dus overduidelijk te bespeuren. Dat is overigens geen negatief iets, integendeel, het laat zien dat de fabrikant leert van haar voorgaande ontwerpen en dat tracht te combineren in een ‘gulden middenweg’-ontwerp, ofwel het beste van alle werelden. Laten we daar eens dieper op induiken met de hoofdstukken omtrent software én de praktijkervaring.

Ondersteuning voor de Rival 5 tref je normaal gesproken aan in de welbekende SteelSeries Engine 3-software. Echter mag de fabrikant inmiddels haar nieuwe software de wereld in hebben gebracht: SteelSeries GG met het gloednieuwe en zogeheten ‘Moments’.

In SteelSeries GG tref je ook de welbekende Engine aan, waarin je de instellingen van je SteelSeries-randapparatuur kan aanpassen. Naast dat krijg je nieuwe features, zoals een Home-scherm met algemene informatie, het maken van opnames met het eerdergenoemde Moments en een overzicht van georganiseerde giveaways. Oh, en je hebt een sluw aan algemene instellingen natuurlijk.

In het Engine-gedeelte kunnen we terecht voor de instellingen van de Rival 5. Daar treffen we typerende opties aan, zoals profielen en CPI, ofwel DPI-instellingen. Het niveau is aan te passen met stappen van 100 CPI. Middels de knop onder het scrolwiel kan je schakelen tussen profielen. Aan de linkerzijde kan je het negental aan knoppen instellen naar wens. Kortom, zoals we gewend zijn van voorgaande SteelSeries-muizen.

Afhankelijk van je voorkeur kan je ook nog RGB-instellingen aanpassen. Met behulp van de PrismSync-app, beschikbaar in het Engine-gedeelte, kan je synchroniseren met andere SteelSeries-randapparatuur. Anders is het gewoon mogelijk om per apparaat je verlichtingsvoorkeuren aan te geven.

In de praktijk kijken we naar de ‘all-round’-karakteristiek van de SteelSeries Rival 5 en hoe deze weet te presteren. Vanwege het prijspunt kan deze binnen hetzelfde ecosysteem het gemakkelijkst vergeleken worden met de Rival 3, Rival 310 en Rival 600. Zodoende zijn dat de uitgangspunten, dus laten we eens kijken.

Comfort en gewicht

Waar ik met de Rival 5 vooral benieuwd naar was, is de overgang vanaf de Aerox 3. Zo heb ik na de review van laatstgenoemde de Rival 650 Wireless terug in de doos gestopt, vanwege het enorme verschil in gewicht. Hoe bevalt de Rival 5 dan met 85 gram i.p.v. 57 gram? Eerlijk gezegd, verrassend goed. Het valt te merken aan de pols, maar nét niet op een hinderende wijze. Daartegenover staat een muis die duizendmaal prettiger aanvoelt voor een palmgrip en grote handen. Tenminste, t.o.v. de slanke designs van de Aerox 3 en Rival 3.

Wat je dus in feite te wachten staat, op het gebied van comfort, is vergelijkbaar met de Rival 600 en dat is erg prettig. Een belangrijke “verbetering" t.o.v. die muis is dat de Rival 5 geen rubberen zijgrippen heeft. Die hadden de neiging om op een gegeven moment los te komen, waardoor je ze moest lijmen. Dat euvel krijg je dus niet bij de Rival 5. Ondanks het gebrek aan dergelijke grippen voel ik voldoende ‘grip’ op de muis om deze comfortabel te gebruiken.

Waar ik logischerwijs wél aan moest wennen, is de indeling van zijknoppen. Zo stootte ik de eerste paar dagen al gauw tegen de bredere zijknop aan met mijn duim terwijl ik de voorste zijknop daaronder wilde gebruiken. Geen ramp, want na enige tijd was ik daaraan gewend. Inmiddels jaag ik mijn duim vlekkeloos langs de onderste zijknoppen in een chaotisch potje Titanfall 2. Voeg hier een paar langwerpige muisknoppen aan toe, in combinatie met het relatief bredere design, en je hebt een verdraaid comfortabele muis in handen.

Uiteindelijk moet ik bekennen dat ik ook erg verliefd ben op het uiterlijk van de Rival 5. Die grote, zilveren zijknop en de inkeping aan de zijkant doen mij denken aan de CM Storm Reaper. Dat is een muis die absurd lang dienst heeft gedraaid op mijn bureau. De Rival 5 brengt mij qua esthetica en in de praktijk terug naar die glorieuze tijd. Kortom, op meerdere fronten mag de Rival 5 al een puike indruk achterlaten.

Sensor en precisie

Naast een comfortabel gebruik is het allerbelangrijkste de sensor. Toegegeven, dit was het element waar ik initieel sceptisch over was bij de Rival 5, want de TrueMove Air in de Rival 3 voelde accuraat, doch minder precies aan dan de TrueMove Core van de Aerox 3. Dat hielp indertijd mee aan het besluit om de Aerox 3 op het bureau achter te laten. Maar goed, hoe zit het dan met de implementatie van de TrueMove Air in de Rival 5?

Verrassend en gelukkig genoeg blijkt deze even precies te zijn als de TrueMove Core. Wel kan ik een verschil merken t.o.v. het dubbele sensorsysteem van de Rival 650. Zo bezit de Rival 5 niet de superieure lift-off distance (LOD) van die muis, maar die is bij de Rival 5 gewoon in orde. Als het gaat om de TrueMove Air, tja, wellicht speelde de draadloze aard van de Rival 3 Wireless in de verminderde precisie, want de bij de Rival 5 werkt de sensor uitstekend.

Uiteindelijk vind ik het nieuwe beestje van SteelSeries ietsjes lekkerder in gebruik dan de Aerox 3. Bij het willen verplaatsen van een enkele pixel, bij het bewerken van afbeeldingen bijvoorbeeld, merk ik dat de Rival 5 ietsjes preciezer is dan de Aerox 3. Kortom, de muis is voor gaming en een stukje productiviteit uitermate geschikt.

Al met al heeft de SteelSeries Rival 5 een verrassend goede indruk achtergelaten. Toegegeven, de aanwezigheid van een TrueMove Air-sensor i.p.v. de TrueMove Core maakte me in eerste instantie sceptisch. Gelukkig blijkt de implementatie puik en acht ik de Rival 5 preciezer dan de Aerox 3, doch minder dan de Rival 600. Dat is dan ook waar de Rival 5 qua prijs, specificaties en prestaties tussenin valt: de diverse Rival 3(XX)-utingen en de Rival 600.

Het resultaat is een algeheel ontwerp dat zich geschikter maakt voor een palmgrip en grotere handen. Dat mede dankzij het negental aan programmeerbare knoppen. Met die hoeveelheid mikt de Rival 5 zich op een geschiktheid voor allerlei genres. Voeg daar een degelijk gewicht van 85 gram aan toe en het beestje is duidelijk te beschrijven als all-rounder. Betekent een dergelijke karakteristiek dat de Rival 5 nergens in uitblinkt?

Gelukkig blijkt dat niet het geval, want de sensor presteert optimaal. Zodoende is de Rival 5 een flexibel inzetbare, betere muis dan de uitingen eronder. Denk daarbij aan de Aerox 3 en Rival 3XX-beestjes. Als je dus waarde hecht aan de features van de Rival 5, wat ik voor velen voor kan stellen, dan is deze muis de nieuwe all-round topper van SteelSeries. Voor de adviesprijs van € 69,99 krijg je verdraaid veel muis aangeleverd.